Tweede beste slager van het land komt uit Mortsel
MORTSEL De Mortselse slagerij Decruyenaere is opnieuw uitgeroepen tot de tweede beste slagerij van het land. Het familiebedrijf bestaat al sinds 1966 en bereidt alles nog op ambachtelijke wijze. De typisch Mortselse ‘Fort 4-ham’ won zelfs de eerste prijs in de categorie best gezouten product op de Kortrijkse Meat Expo.
In 1966 startten Martin Decruyenaere en zijn vrouw Liliane op jonge leeftijd een eigen slagerij in de Antwerpse Seefhoek. 26 jaar later verhuisde het gezin naar Mortsel en vestigde de beenhouwerij zich in de Antwerpsestraat, waar ze zich nog steeds bevindt. Op 17-jarige leeftijd stapte zoon Andreas mee in de zaak die hij nu nog steeds runt met zijn oudere broer Fred. “Toen onze pa de zaak startte, waren er nog veel ambachtelijke beenhouwers in het Antwerpse te vinden”, zegt slager Andreas (37).
”We zijn nu ruim vijftig jaar later en het slagerswezen in Vlaanderen is drastisch veranderd. Alles wat je in onze toonbank ziet staan, bestaat voor 99% uit eigen grondstoffen terwijl het grootste deel van alle slagers vooral fabrieksinkopen doet tegenwoordig. Wij maken nog steeds onze eigen mayonaise en maken zelf kippenbouillon. Wij blijven traditioneel op dat vlak en willen daar ook niks aan veranderen. Mijn vader is daar in 1982 al voor beloond door het winnen van de nationale prijs voor het beste gedroogd en gezouten product.”
Beste stuk vlees
Een prijs die Andreas vorige week zelf won op de internationale slagerswedstrijd op de Kortrijkse Meat Expo met zijn typisch Mortselse Fort 4-ham. “Dat product werd met een score van 98,10% uitgeroepen tot beste stuk vlees in zijn categorie”, glundert Andreas. “De Fort 4-ham is een klein hespje dat wij zelf zouten, drogen, roken en marineren en verdiend gewonnen heeft. Met de vijf andere producten, een schotel vers vlees, een gekookte ham, een product op basis van lever, een stuk charcuterie en een kant-en-klare maaltijd scoorden we ook hoog want op de totale competitie zijn we uiteindelijk tweede geworden en wonnen we dus de zilveren Eurobeef.”
Drie jaar geleden kroonden Andreas en Fred zich ook al als tweede beste slagers van het land. “We hebben nu twee zeer mooie trofeeën in onze winkel staan maar een geldprijs hangt er jammer genoeg niet aan vast”, lacht Andreas. “Over drie jaar is de volgende wedstrijd van de Belgische beenhouwersbond en dan gaan we absoluut voor de gouden Eurobeef. Het heeft niet veel gescheeld deze keer en je moet ook wat geluk hebben. Als de jury je stuk vlees net snijdt op een plaats waar een licht kleurverschil zit, kan je dat al enkele punten kosten.”
Andreas heeft ondertussen zelf een gezin met twee kinderen. “Die zijn heel erg fan van de beenhouwerij maar of zij die zelf ooit mee gaan overnemen, valt nog af te wachten”, glimlacht Andreas. “Binnen tien jaar praten we nog eens.”